Dutch Review of Granita

Het Edinburghse trio Lapslap maakt met ‘Granita’ alweer zijn
vierde cd voor Leo Records. De titel past goed na die van de
vorige, ‘Zuppa Inglese’, want ook dit album is naar een Italiaans
toetje vernoemd. Maar ook is er in die titel de associatie met het
gesteente graniet, en die is mijns inziens een betere metafoor
voor de muziek die het drietal maakt. De combinatie van akoestische instrumenten (saxen, hoorn/bugel en piano) met elektronica levert een soms massieve klank op, waar allerlei fraais aan
glinstert voor wie intensiever wil luisteren. Meer nog dan op de
voorgaande platen doet de muziek me denken aan 20
ste
eeuwse
gecomponeerde muziek met een elektronische en improvisatorische inslag – de naam van Karlheinz Stockhausen komt daarbij
naar boven. Het bijzondere aan ‘Granita’ is dat er weliswaar vijf
tracks op staan, maar de muziek klinkt als één geheel, een lange improvisatie. Maar schijn bedriegt, want in de hoestekst is te
lezen dat de musici na het opnemen van de muziek (live in Edinburgh) zijn gaan sleutelen, knippen en plakken. Je zou kunnen
stellen dat ze er in de studio een compositie van hebben gemaakt. Op deze wijze vervagen de begrippen ‘compositie’ en
‘improvisatie’ behoorlijk, maar Lapslap bewijst vooral dat zulke
categorieën er niet toe doen. De mysterieuze, prikkelende en
avontuurlijke muziek van het trio stáát, en hoe je het noemt, is
alleen van belang voor labelplakkers die misschien toch al niks
met deze muziek kunnen.
Herman te Loo

This review by Herman te Loo was published on Jazzflits Nummer 181, July 2012

Het Edinburghse trio Lapslap maakt met ‘Granita’ alweer zijn vierde cd voor Leo Records. De titel past goed na die van de vorige, ‘Zuppa Inglese’, want ook dit album is naar een Italiaans toetje vernoemd. Maar ook is er in die titel de associatie met het gesteente graniet, en die is mijns inziens een betere metafoor voor de muziek die het drietal maakt. De combinatie van akoestische instrumenten (saxen, hoorn/bugel en piano) met elektronica levert een soms massieve klank op, waar allerlei fraais aan glinstert voor wie intensiever wil luisteren. Meer nog dan op de voorgaande platen doet de muziek me denken aan 20ste eeuwse gecomponeerde muziek met een elektronische en improvisatorische inslag – de naam van Karlheinz Stockhausen komt daarbij naar boven. Het bijzondere aan ‘Granita’ is dat er weliswaar vijf tracks op staan, maar de muziek klinkt als één geheel, een lange improvisatie. Maar schijn bedriegt, want in de hoestekst is te lezen dat de musici na het opnemen van de muziek (live in Edinburgh) zijn gaan sleutelen, knippen en plakken. Je zou kunnen stellen dat ze er in de studio een compositie van hebben gemaakt. Op deze wijze vervagen de begrippen ‘compositie’ en ‘improvisatie’ behoorlijk, maar Lapslap bewijst vooral dat zulke categorieën er niet toe doen. De mysterieuze, prikkelende en avontuurlijke muziek van het trio stáát, en hoe je het noemt, is alleen van belang voor labelplakkers die misschien toch al niks met deze muziek kunnen.





Comments are closed.

-->